, 31 januari 2018 19:09
(v.l.n.r. op de foto) Saeid Shirzad en
Majid Assadi
De gezondheidstoestand van de politieke gevangenen
in de Iraanse Rajaee-Shahr-gevangenis is
verslechterd omdat gevangenisfunctionarissen en de regime-rechtspraak de gevangenen
beletten naar gezondheidscentra te gaan. Volgens berichten bevindt de politieke
gevangene ‘Majid Assadi’, die een levertumor heeft, zich in kritieke toestand ten
gevolge van de ontzegging van de noodzakelijke medische behandelingen.
In de periode daarvóór heeft de familie
van Assadi zich herhaaldelijk tot het Openbaar Ministerie gewend met het
verzoek de politieke gevangene naar een ziekenhuis te brengen voor een gespecialiseerde
behandeling, een verzoek dat nog steeds niet door de regimefunctionarissen is
ingewilligd, ondanks het dringende advies van de artsen om Majid Assadi onmiddellijk
voor een gespecialiseerde behandeling op te nemen.
En ook Saeid Shirzad heeft intussen geen medische
behandeling na zijn langdurige hongerstaking gekregen. Deze politieke gevangene
lijdt aan een nierkwaal en heeft problemen met de tussenwervelschijven, en zijn
gezondheidstoestand is verslechterd na zijn hongerstaking.
Ennu – na twee maanden van oproepen door
de familie van Shirzad – heeft de officier van justitie toegestaan dat de politieke
gevangene een fysiotherapeutische behandeling ondergaat, maar de gevangenisfunctionarissen
weigeren die nog steeds.
Majid Assadi was enkele maanden geleden tot
zes jaar gevangenis veroordeeld wegens daden tegen de nationale veiligheid
zoals ‘samenkomsten, samenzwering en verspreiding van propaganda tegen het regime’.
Hij verklaarde enkele weken geleden dat de
rechtbank zijn weigering om deel te nemen aan een uitzending van de
staatstelevisie als een bewijs aanzag in lijn van de beschuldigingen. Majid
Assadi werd in januari 2017 thuis gearresteerd
in Karaj door veiligheidstroepen, waarbij de agenten zijn woning inspecteerden
en sommige persoonlijke bezittingen in beslag namen.
Assadi, 34, was al eens eerder gearresteerd
voor zijn politieke activiteiten. De voormalige student-activist aan de Teheraanse
Allameh Tabatabi Universiteit werd voor de eerste keer gearresteerd in juli
2008 door het Ministerie van Inlichtingen. Drie maanden later werd hij op
borgtocht vrijgelaten. In maart 2010 veroordeelde de Kamer 15 van de Revolutionaire
Rechtbank, voorgezeten door rechter Salavati, hem tot vier jaar gevangenisstraf
op beschuldiging van ‘samenkomst en samenzwering ter beraming van handelingen
tegen de nationale veiligheid’. Dit vonnis werd vervolgens ook door het hof van
beroep bevestigd, waarop de voormalige student-activist op 5 oktober 2011 naar
de afdeling 350 van de beruchte Evin-gevangenis overgebracht werd. Na het
uitzitten van die vierjarige straf werd Assadi op 8 juni 2015 uit de gevangenis
ontslagen.
Saeid Shirzad en een aantal andere politieke
gevangenen hielden vanaf 23 juli 2017 een hongerstaking, die twee maanden zou
duren, waarmee ze wilden protesteren tegen de voortdurende druk op hen als gevangenen
door functionarissen van de Rajaee-Shahr-gevangenis. Later werd Shirzad afgeranseld
en midden september 2017 naar de afdeling 3 van de gevangenis overgebracht.
Shirzad werd voor de eerste keer gearresteerd
na het opzetten van een hulpoperatie voor de aardbevingsslachtoffers van Aserbeidjan.
Hij werd 19 dagen later op borgtocht vrijgelaten. Op 2 juni 2014 werd Shirzad opnieuw gearresteerd en wel
op zijn werkplek in de Tabriz-raffinaderij en naar de Evin-gevangenis
overgebracht. Later werd hij verbannen naar de Rajaee-Shahr-gevangenis wegens
zijn volharding in de protesten van de gevangenen.
Na 15 maanden van onzekerheid en gevangenzetting
werd Shirzad beschuldigd van ‘samenkomsten en samenzwering’ en tot vijf jaar gevangenisstraf
veroordeeld door Kamer 15 van de Revolutionaire Rechtabnk (rechter was Abolghasem
Salavati). Deze straf was verzwaard omdat hij eerder als politieke gevangene tot
één jaar voorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld was, een vonnis dat nu met
de nieuwe straf verrekend werd.
Wat zijn activiteiten betreft: zo was Shirzad
betrokken bij hulpoperaties in de aardbevingsgebieden van zowel Bushehr als van
Sistan en Baluchestan. Shirzad engageerde zich ook bij het onderwijs aan door
de aardbeving getroffen kinderen door opleiding in gezondheidszorg en materiële
voorzieningen voor aardbevingsslachtoffers, zoals standaard elektriciteitsvoorziening,
correspondentie over Conex-onderkomens, en communicatie met de lijdende
kinderen, om voor hen de miserabele toestand draaglijker te maken.